De Turkse Van is een hal langharig ras, ontwikkeld uit een selectie katten afkomstig uit verschillende steden van het huidige Turkije, met name het zuidoostelijke deel, voornamelijk nabij het Vanmeer. Het ras onderscheidt zich door het Van-patroon (vernoemd naar het ras), waarbij de kleur beperkt is tot de kop en staart, en een paar vlekken op het lichaam; de rest van de kat is wit. Het ras heeft 3 tot 5 jaar nodig om volledig volwassen te worden.

In 1955 kregen twee Britse fotografen, Laura Lushington en Sonia Halliday, tijdens een opdracht in Turkije voor het Turkse Ministerie van Toerisme twee niet-verwante katten in Turkije. Ze namen ze mee naar huis en lieten ze paren. Toen de nakomelingen identiek aan hun ouders waren – krijtwit met donkere staart- en koptekeningen – begon ze met het opzetten van een gestandaardiseerd ras, oorspronkelijk Turkse kat genoemd, later Turkse Van, en liet het erkennen door de Britse kattenliefhebbers. Het ras is sinds 1960 erkend door de FIFe.

De Turkse Van is een grote, gespierde kat met een lang, stevig lichaam en een middellange staart. Het lichaam doet denken aan de bouw van een atleet. De vacht van een Turkse Van is half langharig, zonder duidelijke ondervacht.